Het sublieme, het alledaagse (2000)
Anne Marie Musschoot & Jürgen Pieters
Inleiding
Anne Marie Musschoot & Jürgen Pieters
Bouwen in woorden: de tekst als kerk. Suger van St. Denis en Bernardus van Clairvaux
Wim Verbaal
Toen was het sublieme nog alledaags: Montaigne, Sokrates en Longinus
Alexander Roose
The Sublime and the Beautiful in the Gothic Novel
Hendrik Van Gorp
E.T.A. Hoffmann. De creatieve waarneming van het ‘wahrhaft poetisches Gemüt’ als sleutel tot het sublieme
Myriam Pelgrims
Het Unheimliche en het sublieme: de conceptuele vervreemding van alledag
Anneleen Masschelein
Het sublieme zwijgen van Willy Roggemans Opus Finitum
Sascha Bru
The Mystery of Simple Things: de functionaliteit van het sublieme in het proza van John Banville
Elke D’hoker
Trauma, geschiedenis en het sublieme: “Rapsodia de las esmeraldas” van Gregorio Marañón
Dagmar Vandebosch
De sublieme eindigheid van het theater
Erwin Jans
‘Erhabene Monotonie’. Twee opvattingen van het sublieme
Wessel Krul